Vandaag weer een nieuwe column van Noks, naar aanleiding van een vraag tijdens een workshop op 8 oktober in Zoetermeer.
Doof of blind?
“Ben je liever doof of blind?” Als kind kreeg je soms van een ander kind deze onmogelijk vraag. Dat is natuurlijk geen keuze. Hier dacht ik aan toen ik vorige week een workshop over hoogbegaafde senioren gaf. In ons boek ‘Hoogbegaafde senioren’ beschrijven we Cornelia, 98, bijna blind. Ze woont zelfstandig. Dat kan dankzij de hulp die iedere dag van 11.00 tot 13.00 kom, dankzij haar Webbox met gesproken boeken én dankzij haar intelligentie en autonomie.
Een deelnemer aan de workshop, zelf slechthorend, vertelde over haar hoogbegaafde moeder van 92 die praktisch doof is en veel problemen met communiceren heeft. Is blind zijn dan toch minder erg? Als kind las ik een boek over Helen Keller, doof én blind en toch leerde ze communiceren. De casus zette me wel aan het denken.
‘Verbonden zijn met anderen’ (de titel van een van de hoofdstukken in het boek) is voor hoogbegaafde senioren vaak al een forse uitdaging. Slechthorendheid en slechtziendheid zijn beide zware handicaps daarbij. Het hangt van veel andere factoren erbij af hoe iemand er mee omgaat. Ik denk dat we met groepjes hoogbegaafden wel eens verder kunnen brainstormen om te zoeken naar mogelijkheden om die verbinding te verbeteren.
Nauta, N. & Schouwstra, I. (red.) (2020). Hoogbegaafde senioren. Van Gompel-Svacina/ IHBV.
- Noks Nauta & Emmy Boudeling. Cornelia, hoofdstuk 5.
- Marieke Schuurmans – van der Heyden & Noks Nauta. Verbonden zijn met anderen. Hoofdstuk 11